
Zorgen voor Zekerheid! De Basis Moet op Orde
Hogescholen en universiteiten spelen een essentiële rol in de opleiding en het onderzoek. Toch is de afstand tussen het hoger onderwijs en de samenleving in de afgelopen jaren te groot geworden. Door het groeiende aantal internationale studenten, de dominantie van het Engels en het ontbreken van voldoende open debat, is het hoger onderwijs te veel losgezongen van Nederlandse beleidsvraagstukken. Daarom willen we het hoger onderwijs weer sterker verankeren in onze samenleving.
27. Opleidingen worden voortaan in beginsel weer aangeboden in de Nederlandse taal. Gerichte uitzonderingen zijn mogelijk in de masterfase en voor bepaalde tekortenstudies. Ook bij die uitzonderingen krijgt Nederlands een stevige plek in het curriculum. Universiteiten en hogescholen krijgen de opdracht om structureel voldoende capaciteit te organiseren voor gratis taallessen Nederlands voor internationale studenten. Deze taallessen moeten toegankelijk zijn voor alle studenten die actief willen deelnemen aan de Nederlandse samenleving. We willen af van de doorgeslagen behoefte van onderwijsinstellingen om zoveel mogelijk (internationale) studenten aan te trekken.
28. Er moet streng toezicht gehouden worden op het terugdringen van het gebruik van Engels in opleidingen. Als deze omslag te langzaam verloopt, moet de overheid ingrijpen, bijvoorbeeld door de invoering van een taaltoets of aanpassing in de bekostiging. Het Nederlands moet weer de voertaal zijn in het hoger onderwijs.
29. Om de meerwaarde van internationale studenten voor de Nederlandse samenleving en arbeidsmarkt te waarborgen, voeren we een ‘stay-rate garantie’ in. Dit betekent dat het aantal internationale studenten dat een studieprogramma of onderwijsinstelling mag aannemen, gedeeltelijk afhankelijk wordt van hun verblijfspercentage in Nederland na afstuderen. Universiteiten en hogescholen moeten streven naar een minimale ‘stay-rate’ van 50% na vijf jaar
30. Het hoger onderwijs moet weer meer aandacht hebben voor de oplossingen van problemen en uitdagingen in ons eigen land. We versterken het onderzoek dat gericht is op Nederlandse beleidsvraagstukken. Het is onacceptabel dat veel hoogleraren zich bijvoorbeeld het hoofd breken over (internationale) winstbelasting, maar niet bezig zijn met de toekomst van het toeslagenstelsel in Nederland.
31. Hoogleraren vervullen regelmatig nevenfuncties in het bedrijfsleven, bijvoorbeeld bij belastingadvieskantoren. We leggen strikte regels voor transparantie op en stellen duidelijke grenzen om belangenverstrengeling te voorkomen. Functionele onafhankelijkheid krijgt een belangrijkere rol bij de selectie van hoogleraren, ook voor bijzondere leerstoelen.
32. We staan pal voor academische vrijheid en een open debat op universiteiten. Juist daar moet ruimte zijn voor uiteenlopende opvattingen, ook over gevoelige of controversiële onderwerpen. We richten een onafhankelijk fonds op dat nieuwsgierig en tegendraads onderzoek ondersteunt en gevestigde consensus binnen vakgebieden kritisch bevraagt. Daarnaast moet het hoger onderwijs actief beleid voeren om het debat en uitwisseling van verschillende ideeën te stimuleren.
33. De onderwijsfinanciering moet stabieler worden, ook bij demografische krimp. Het huidige model maakt van het hoger onderwijs een diplomafabriek, gericht op zoveel mogelijk (buitenlandse) studenten.
34. Huisvesting van studenten in mbo, hbo en wo is een groot probleem. Steeds meer studenten wonen noodgedwongen nog thuis en missen zo een belangrijke stap naar zelfregie en volwassenheid. We steunen regio’s met plannen voor ‘betaalbaar wonen op de campus/rondom instellingen’. Dit heeft ook een positief effect op de beschikbaarheid van woningen elders in de stad. Verder moet de toegankelijkheid van het hoger onderwijs worden gewaarborgd, daarom blijven we voorstander van de basisbeurs.
35. Door de krappe woningmarkt is op kamers gaan te duur. We sluiten convenant om het voor meer mensen mogelijk te maken om met het openbaar vervoer naar hun opleiding te gaan. Populaire studies zoals rechten en economie worden zo ook op andere locaties aangeboden. Voor opleidingen met weinig contacturen zorgen we dat lessen tweemaal per week tussen 10 en 18 uur plaatsvinden, zodat studenten met twee keer reizen hun studie kunnen combineren.
36. Een DUO-app moet studenten direct inzicht geven in hun leenbedrag en wat dit betekent voor toekomstige terugbetaling. Zo verbeteren we de voorlichting over studieleningen en helpen we studenten bewustere financiële keuzes te maken.
37. Om de positie van Nederland als kennisland te behouden is een substantieel budget voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en kennisvalorisatie van belang. We steunen de versterking van de primaire geldstroom (‘sectorgelden’) voor universiteiten. Samen met de inzet van het bedrijfsleven op het gebied van R&D versterken we onze toppositie in Europa op kennisgebieden als fotonica, quantumtechnologie, kunstmatige intelligentie, klimaat- en medische technologie. We steunen het nieuwe Horizon Europa programma als zelfstandig programma. We houden vast aan het R&D-doel van 3% van de economie.
38. Ter versterking van de academische tegenmacht zorgen universiteiten voor een goed gefinancierde, onafhankelijke universiteitspers en een krachtige universiteitsraad, die volledig is geïnformeerd en voldoende wordt ondersteund.
39. We sluiten geen nationale contracten meer met uitgevers zonder plan voor volledige toegankelijkheid (open access) van wetenschappelijke publicaties. Universiteitsbibliotheken werken voortaan alleen met non-profit open metadata-aanbieders.
Goed onderwijs: alle standpunten