We herwaarderen het beroepsonderwijs
We moeten méér investeren in vakmanschap bij de Nederlandse bevolking. Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) verdient daarom meer erkenning. De gedachte dat doorstromen naar theoretisch onderwijs altijd het streven moet zijn is achterhaald. In het mbo en hbo worden de vakmensen van de toekomst opgeleid.
- We willen het beroepsonderwijs als een volwaardige beroepsroute naast de academische lijn positioneren. Dit betekent dat er een vloeiende overstap mogelijk moet zijn van het vmbo naar mbo, en van mbo/havo/vwo naar hbo en de beroepspraktijk.
- Het beroepsonderwijs moet zich meer richten op wat de arbeidsmarkt nodig heeft, zo nodig met sterkere regie van de overheid. In alle regio’s moet een vmbo-techniek en mbo-techniek aanwezig zijn. Het programma Sterk Techniekonderwijs wordt uitgebreid naar het mbo.
- We verplichten een belastingvrije stagevergoeding van € 450 per maand. Dit is ook het minimum voor een fulltime stage. Mkb’ers met een klein budget kunnen hiervoor ondersteuning aanvragen.
- Het tekort aan docenten in het beroepsonderwijs is groot. We ondersteunen een maatwerk-leertraject om ervaren vakmensen toe te rusten met didactische vaardigheden en te enthousiasmeren voor het (v)mbo.
- In veel regio’s is de reistijd voor studenten in het (v)mbo te lang. We stimuleren de spreiding van (v)mbo-onderwijs middels regiotoeslagen. Elke leerling moet binnen 45 minuten reistijd naar een opleiding (v)mbo-basis/kader school (zorg, administratief en techniek) kunnen.
- Samen met het beroepsonderwijs en het bedrijfsleven, zowel landelijk, sectoraal als regionaal, maken we afspraken voor doelmatig en kansrijk opleiden en ontwikkelen van meer beroeps- en praktijkgerichte (Ad-)trajecten. Met de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) maken we actieplannen voor voldoende stages en leerwerkplekken.
- We maken ons zorgen over de toename van het voortijdig schoolverlaten in met name het (v)mbo. We streven ernaar dat leerlingen minimaal een startkwalificatie (mbo2) halen. Er moet ruimte komen voor de docent en de scholen om een persoonlijk en passend aanbod vorm te geven. Dit kan ook betekenen dat de jongere zonder diploma aan het werk wordt geholpen. In deze gevallen kan worden toegewerkt naar het halen van een deelcertificaat, onder toezicht en met begeleiding. We kijken nauwlettend of de Wet van school naar duurzaam werk in de praktijk voldoende effect gaat hebben en komen zo nodig met nieuwe voorstellen.