Nieuws
Nieuws | 10 dec 2024
De Woontop: Tijd voor oplossingen
Eindelijk is het zover: de Woontop die wij als Nieuw Sociaal Contract (NSC) in ons verkiezingsprogramma hadden gezet, vindt plaats. In ons verkiezingsprogramma – en in het Hoofdlijnenakkoord – benadrukten we al hoe essentieel het was om bindende afspraken te maken die uiteindelijk leiden tot meer woningen. Nu de Woontop eindelijk plaatsvindt, is het belangrijk om toe te lichten wat wij als Nieuw Sociaal Contract verwachten, zowel van de Woontop als daarna.
De Woontop in het NSC-verkiezingsprogramma
De overheid heeft vanuit de Grondwet de plicht om te zorgen voor voldoende woningen. ‘Bevordering van voldoende woongelegenheid is voorwerp van zorg der overheid’, staat er in Artikel 22 van de Grondwet. Tegelijkertijd bouwt de overheid zelf geen huizen. De overheid moet dus veel andere partijen zover krijgen om huizen te bouwen en om daarbij dus ook flink de portemonnee te trekken. Nu we in een wooncrisis zitten, moeten er ook echt ontzettend veel huizen gebouwd worden: wel 1 miljoen tot 2031. Het huidige tekort, dus het aantal huizen dat we nu achterlopen, is ruim 400.000 huizen. Deze 400.000 huizen hadden we dus ‘gisteren’ al nodig!
Hierdoor kennen we allemaal wel iemand die geen huis kan vinden en zijn er steeds meer mensen die in hun auto, bij iemand op de bank of zelfs op straat slapen. Nieuw Sociaal Contract wil helder zijn over wat er nu nodig is. Op dit moment komen we sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen tekort. Deze woningen zijn voor investeerders geen vetpot om te bouwen en toch keihard nodig. Om alle nodige partijen en al het nodige geld dan toch bij elkaar te krijgen, is er stevige regie nodig vanuit de overheid. Vooral omdat het al jaren niet lukt om 100.000 woningen per jaar te bouwen. De hoogste tijd dus voor een Woontop waar concrete afspraken worden gemaakt onder leiding van het Rijk.
Wat moet er volgens Nieuw Sociaal Contract geregeld worden op de Woontop?
Bij volkshuisvesting hebben het allereerst over mensen. Daarnaast hebben we het over investeringen van enkele honderden miljarden euro’s. En de kosten gaan voor de baten uit. Dat geldt vooral bij grote gebiedsontwikkelingen waar in een weiland een heel nieuwe wijk of een nieuw dorp wordt gebouwd. Deze ambities gaan gepaard met hoofdbrekens, omdat we niet alleen moeten wonen, maar ook omdat onze kinderen naar school moeten, we een buurtsuper nodig hebben; de lijst aan noodzakelijke voorzieningen is lang. Maar ook als we in bestaande wijken, dorpen en buurten bouwen, komen we veel knelpunten tegen. Alle neuzen moeten dus dezelfde kant op staan om de woningbouw voor elkaar te krijgen. Deze wooncrisis is een veelkoppig monster; er moeten duizend en één dingen gebeuren om die crisis op te lossen. Maar voor Nieuw Sociaal Contract zijn de volgende drie punten de meest dringende op de ‘to-do lijst’:
- Voor geen enkele betrokken partij mag ter discussie staan wat er gebouwd moet worden. Dat betekent 30% sociale huurwoningen en 2/3 betaalbare huur- en koopwoningen in totaal. Uiteraard kan daarbij regionaal gedifferentieerd worden. Businesscases van investeerders kunnen helpen, maar mogen niet leidend zijn.
- Er moet een tijdelijke crisis- en herstelwet komen die de minister alle bevoegdheden geeft om de 400.000 woningen die er gisteren al hadden moeten staan, versneld te escaleren en van de grond te krijgen. Problemen één voor één aanpakken gaat te langzaam. NSC pleit dan ook voor een gebundelde aanpak waarmee meerdere locaties onder een aparte projectorganisatie opgepakt en doorgepakt worden. Als die acute achterstand van 400.000 is ingelopen, dan kan de crisis- en herstelwet weer vervallen.
- Betaalbare bouwlocaties voor de investeerders zijn hard nodig om goedkope en betaalbare huizen te kunnen bouwen. Hier is van alles mogelijk. Zoals een vaste sociale en betaalbare grondprijs in het hele land. Een andere manier van grondwaardetaxatie die hoge grondprijzen door speculatie een halt toeroept. Een Grondbank waarmee het Rijk een aantal locaties gericht helpt om risico’s te dragen. Er kan en moet veel gebeuren.
Na de Woontop
Uiteindelijk is het bouwen van 1 miljoen huizen tot 2031 is een zeer grote opgave. Overal liggen uitdagingen op de loer. Of het nu gaat om drinkwateraansluitingen, netcongestie of de stikstofuitstoot bij de aanleg van nieuwe infrastructuur. Daarom moeten alle partijen – inclusief de Rijksoverheid – de neuzen dezelfde kant op hebben en investeren in een goede publiek-private samenwerking gebaseerd op vertrouwen en doelgerichtheid. We willen niet meer hoeven lezen dat een moeder met haar baby in haar auto woont, dat een student in een kast onder een cv-ketel slaapt of dat er weer iemand van de kou gestorven is terwijl die op straat sliep. Nieuw Sociaal Contract wil oplossingen voor de woningnood. En het mooie is: die oplossingen bestaan. Het is nu aan alle betrokken partijen om samen efficiënter, sneller en daadkrachtiger met elkaar aan de slag te gaan. Laat de Woontop daar een duidelijk begin van zijn.